Hoe wordt het radioactieve afval klaargemaakt voor oppervlakteberging?

De caissonfabriek

Vooraleer het radioactieve afval naar de oppervlaktebergingsinstallatie kan, moet het eerst extra ingesloten worden in betonnen kisten. Dat proces gebeurt vlak bij de bergingssite, waar NIRAS een hele randinfrastructuur liet bouwen om het afval klaar te maken voor oppervlakteberging. Alle delen ervan werden op zo’n manier ingeplant dat ze een logische procesketen vormen. We behouden in elke stap de controle over wat er met het afval gebeurt en het moet geen onnodige afstanden afleggen.

Het nucleaire afval dat aan alle criteria voor oppervlakteberging beantwoordt, zal stapsgewijs overgebracht worden naar de randinfrastructuur. Het bestaande afval bevindt zich al in stalen vaten, die opgeslagen zijn bij onze dochteronderneming Belgoprocess in Dessel. Soms zal het afval ook rechtstreeks in bulk aangevoerd worden, daarbij gaat het vooral over afval afkomstig van de ontmanteling van de kerncentrales.

Caissonfabriek

Het afval voor oppervlakteberging wordt in betonnen kisten (caissons) geplaatst die geproduceerd worden in onze caissonfabriek. De caissons hebben een wand van 12 centimeter dik en vormen een betonnen barrière rond het afval. Die barrière heeft een dubbele functie: de straling tegenhouden en de radioactieve stoffen insluiten.

Op dit moment zijn er drie types caissons ontwikkeld.

  • Type I is geschikt voor vier standaardvaten van 400 liter.

  • Type II is geschikt voor één niet-standaardvat.

  • Type III is geschikt voor bulkafval met binnenin een stalen mand die het afval omsluit.

Voor bepaalde afvalstromen kan het basisontwerp van de caissons aangepast worden, als dat een veiligheidsvoordeel oplevert. 

Op dit moment zijn er drie types caissons ontwikkeld.

NIRAS koos er bewust voor om de productie van caissons niet uit handen te geven. Daarom lieten we vlak bij de bergingssite onze eigen betonfabriek bouwen die uitgebaat wordt door Belgoprocess. Dat biedt verschillende voordelen. Zo wordt op elk moment de productiekwaliteit van nabij opgevolgd. Belangrijk, want alle caissons moeten vrijwel identiek zijn, onder andere qua samenstelling van het beton. Daarnaast is ook de nabehandeling tijdens het uitharden van het beton essentieel. Die bepaalt namelijk de kwaliteit van het beton en de capaciteit om radionucliden in te sluiten. Een eigen fabriek garandeert ook dat de bevoorrading van de caissons verzekerd is. Zo zullen elk jaar zo’n duizend caissons geproduceerd worden. Tot slot zorgt een eigen fabriek ook voor lokale jobs.

Het afval voor oppervlakteberging wordt in betonnen kisten geplaatst die geproduceerd worden in onze caissonfabriek.

Installatie voor de productie van monolieten

De lege caissons worden rechtstreeks van de fabriek overgebracht naar onze installatie voor de productie van monolieten (IPM), die ook uitgebaat wordt door Belgoprocess. Daar komt ook het nucleaire afval voor oppervlakteberging toe, in stalen vaten of in bulk. In de IPM plaatsen de operatoren het afval in de caissons die ze vervolgens afsluiten en opvullen met mortel via gaten in het deksel. Het resultaat noemen we monolieten. De operatoren in de IPM voeren het productieproces vanop een veilige afstand uit met behulp van camera’s en computers. De caissons, afvalvaten en monolieten worden via afstandsbediende trolleys en rolbruggen verplaatst.

Vooraleer de monolieten klaar zijn, moeten ze nog uitharden. De operatoren onderwerpen de monolieten ook nog aan strenge controles. Ze meten zowel het gewicht, de straling als de afwezigheid van externe besmetting. Wanneer de monolieten goed bevonden zijn voor berging, worden ze nog tijdelijk opgeslagen in de IPM voordat ze per trolley naar de bergingsmodules vertrekken. Jaarlijks zullen zo’n duizend monolieten geproduceerd kunnen worden. Deze hebben allemaal een uniek identificatienummer zodat we altijd weten welk afval een bepaalde monoliet bevat.

In de IPM plaatsen we het afval in de caissons die we vervolgens afsluiten en opvullen met mortel via gaten in het deksel.

Toegangscluster

De toegangscluster huisvest het operationele centrum van de bergingsinstallatie.

De toegangscluster huisvest het operationele centrum van de bergingsinstallatie en bestaat uit drie gebouwen: een administratief gebouw en twee technische gebouwen. In het administratieve gebouw bevinden zich de kantoren en de controlekamer van de bergingsinstallatie. Vanuit de controlekamer besturen de operatoren de trolleys die de monolieten van de IPM naar de bergingsmodules brengen, net als de rolbruggen waarmee de monolieten in de modules geplaatst worden.

Loskade

Zowel tijdens de bouw als tijdens de exploitatie van de bergingssite worden heel wat bouwmaterialen en grondstoffen aangevoerd. Daarom bouwden we een loskade aan het kanaal Bocholt-Herentals, dat vlak langs de bergingssite loopt. Op die manier voorkomen we duizenden vrachtwagentransporten.

We gebruiken marketingcookies om deze website optimaal te laten werken. Accepteer deze cookies om verder te gaan.

Ons onderzoeksprogramma naar vezelbeton voor oppervlakteberging

Omdat gewapend beton heel gevoelig is voor corrosie, kan afval met een hoge concentratie chloriden momenteel niet geborgen worden in de toekomstige oppervlaktebergingsinstallatie. Daarom zijn we een onderzoek gestart naar het gebruik van vezelbeton voor de fabricage van caissons.

Lees meer

Laatst aangepast 22/04/2025